Thuis is waar het zwembad staat

Thuis is waar het zwembad staat
Toen werd het zomer!!!

woensdag 28 oktober 2015

Rode neuzen...

Malief heeft een afwijking. Geen van het genre waarvoor ze opgepakt kan worden, enfin ja, je weet nooit, maar wel een ambetante. Compleet weerloos als je een medemens niet kan thuis brengen en toch het gevoel hebt dat je beleefd dag moet zeggen. En het overkomt je als je er het minst op bedacht bent. Een paar voorbeeldjes? Mijn overbuurvrouw op de fiets (die toevallig die dag geen lenzen draagt) verwar ik met een verpleegster uit Avondrood. En een meneer die eens komt informeren naar ,,het leven in de Lowizestraat'' (omdat hij het huis links van mij wil kopen) doet mij heel erg denken aan een confrater van de Meester, maar gelukkig hield ik mijn mond en luisterde beleefd naar zijn uitleg. Van pure opluchting,omdat ik niet betrapt werd op een belachelijke ,,ha, hoe is het met jou?'' heb ik hem vanuit de tuin een achteraanzicht van het begeerde huis getoond. Overigens: het blijkt een familiekwaal te zijn: het meesterke (mijn papa dus) die als schoolhoofd verondersteld werd iedereen te groeten op straat, heb ik meer dan eens in een vertwijfeld gebaar naar zijn hoed zien grijpen. Of hij die nu moest optillen of niet? En Kalamity liet weten dat zij mij ooit wou betrappen aan de sigarettenautomaat in de Carrefour maar nog net tijdig haar kittelgrage handen terugtrok toen ze bedacht dat ik toch niet rookte??? Maar dat ik nu ook al geen mannen uit vrouwen kan onderscheiden? Bij mijn jongste bezoek aan de winkel van de komiek moest ik, naar goede gewoonte, beroep doen op een stevige vent om mijn favoriete doos wijn uit het bovenste rek te halen. Gewoonlijk is dat geen probleem: de heren doen het met veel vertoon van biceps en één enkele mevrouw kijkt daarbij weleens argwanend toe. Maar nu stond ik een beetje te koekeloeren: een nerdje die zo gefascineerd op zijn iPod tuurde wou ik niet storen maar in de verte kwam wel een gepast exemplaar af: struis gebouwd, zwart militair-achtig jasje met epauletten en een training waarvan het kruis ongeveer tussen zijn knieën slobberde. Malief heel beleefd: ,,Meneer, zou u voor mij die doos uit het bovenste rek kunnen halen?''. De repliek kwam prompt: ,,Het is niet meneer maar mevrouw'' waarna deze kluns met een pak sorry's mompelde ,,maar u ziet er wel sterk uit''... Natuurlijk zag ik toen dat ze wel een broske en een bril droeg maar ook mooie gladde wangen had. De rest zat verstopt onder dat stoere jasje. Ze heeft de doos mooi in mijn winkelwagen gedeponeerd, maar een lach kon er niet af. En dan wil het lukken dat je je slachtoffer nog minstens vijf keer tegenkomt voor je eindelijk de kassa bereikt... Dezer dagen hoor je op de radio een mopje over Rode Neuzen, en hoe je voor het goede doel mensen mag foppen, zoals naar een stoere bouwvakker bewonderend fluiten. Ik had mijn Rode Neus moeten bovenhalen.

maandag 12 oktober 2015

Toen waren we nog met...

Er wordt aardig geschoffeld in ons vriendenclubje.  En verander dat aardig maar door akelig.  Anderhalf jaar geleden zaten we mekaar nog enthousiast  te pesten op onze reünie  in Lissewege, volgende week wordt de eerste reporter - die sneller typte dan zijn schaduw - in Dendermonde begraven.  Dat razendsnel kloppen op zijn Adler, of hoe dat  voorhistorisch schrijfmachien op de redactie ook heette, het was iets waar ik af en toe de pest aan had. Want terwijl ik braafjes de schrifturen van de correspondenten  herschreef  ,,het vliegtuig gekscheerde over de baan'' weet u wel, mocht HIJ, ik zal hem Vico noemen, met Gilbert Stapelare naar Zuid-Amerika op avontuur.  En mocht ik de punten en komma's in zijn teksten verplaatsen. Mensenlief, het is lang geleden.
  Omdat Vico altijd zo rap was had hij ook als eerste de redactietelefoon beet. En zo hoorde ik de onvergetelijke uitspraak van onze rappe man: ,,Nee meneer hier werkt geen juffrouw Herpol, goedemiddag''.  De Meester  had zelfs geen tijd om te protesteren. 
Ach ja, die juffrouw Herpol was ik ook op onze reunie vorig jaar.  En ik herinnerde hem hoe hij, als hij om zes uur de redactie binnenvloog , over zijn schouder riep :,,godliefke noteer is uitspraak assisen Brussel twintig jaar'' waarna hij zich achter zijn Adler  stortte en als een machinegeweer aan een (ander) verslag begon.
Malief heeft er altijd kunnen mee lachen. Dat was  Vico, no nonsens, maar een hart van goud. En over zijn literaire en andere kwaliteiten zal nog uitvoerig geschreven en geciteerd worden. In afwachting van onze laatste reünie zal ik Vico's  ,,Kom eens naar mijn kamer'' lezen.  De Meester, die zichzelf een lichtjes  beschadigd college-product noemde, zei dat het allemaal waar was...
ps Zo lang geleden dat ik niet meer weet hoe de rallypiloot Stapelaere(?)  te spellen. Maar ik weet verdorie nog wel dat die bink de luttele vrouwen op de redactie hmhm...

maandag 5 oktober 2015

Levenslang, en toch...

Dit wordt een moeilijk verhaal. We zijn , samen met het gros van de familie,  niet langer echt bezig met religie, bidden, hemel en hel maar nog altijd brave mensen hoor. Op 3 oktober nodigde de op één na laatste tante van onze stam ons uit om samen met nageslacht haar 65-jarige trouw te vieren...aan haar Hemelse bruidegom. We waren met meer dan vijftig en het werd een onthutsende memory lane...

Malief was destijjds nog een pruts  met blonde staartjes die met grote ogen getuige was van  het vertrek van die lieve tante. Er werd veel en ongegeneerd  geweend , dus het was serieus. En tanteke knielde voor haar ouders om vergiffenis te vragen. Om maar te zeggen dat het 65 jaar geleden  geen leuk feest was.
Met de jaren kwamen we regelmatig in het (naar onze normen) gigantische klooster en terwijl de mannen mopjes maakten over de driehoekjes La Vache qui rit kropen de kleinste bandieten onder tafel om de tantes te kriebelen (aan hun voeten). Voor zover Malief nog weet  was er maar één die dat leuk vond. (later zou ze ons aan zee een ijsje beloven als we dat kriebelen aan haar voeten lang volhielden...Maar dat snapten we toen nog niet. En een ijsje hebben we nooit gekregen...)
Maar nu het feest...
Even dacht Malief dat ze op het verkeerde feest was terecht gekomen. Want zeg nu zelf,  die stamouders  hadden destijds al zeker hun best gedaan: zes dochters en twee zonen en behalve de  twee dochters _een kloosterling en een vrijgezel_ hadden ook de andere nakomelingen hun best gedaan. Tot hier was het nog te vatten: alle neven en nichten  waren er ongeveer wel, behalve dan de drie die al eerder voortijdig naar de Hemelse vader waren vertrokken. Maar hemeltje (toepasselijke uitdrukking) wie was dat hier allemaal? Die leek wel een beetje op de tak Trappeniers,  en was dat een kloon van Dolf? En de achterkleinkinderen van de bakker, jaja, nu dat je het zegt.
Het vervolg was pure vreugde en feest. Een nog altijd dartele tante die in haar eentje zo warm en lief en bezorgd de allerbeste reclame maakte voor haar overtuiging. Naast haar de overste die alleen maar ,,zuster'' wou genoemd worden en voor een schitterende ontvangst had gezorgd. De piano was speciaal gestemd voor Doeki (dat is zijn bijnaam hé, Malief noemt geen namen) en toen hij met zoveel klasse (en veel te bescheiden) twee schitterende bewerkingen van Gershwin bracht werden Malief haar (meestal droge) oogjes nat. Zou zijn papa Poiche en zijn opa meesterke het gehoord hebben? Het kan bijna niet anders.