Thuis is waar het zwembad staat

Thuis is waar het zwembad staat
Toen werd het zomer!!!

zaterdag 25 juni 2016

Van de vareus in d' hoechelen...

Is het omdat ze er niet meer is? Feit is dat ik voortdurend woorden gebruik die in geen halve eeuw van mij zijn geweest. Brussels, ja, maar waarvan ik mij niet eens bewust ben. Ons moeder gebruikte ze de laatste jaren weer met zichtbaar genoegen.

De Meester vond ze destijds geweldig. Ze kwamen volgens hem uit het radio-programma 't Lieg plafon dat lang geleden op Omroep Brabant furore maakte. Maar ik zei dat ze van ons moeder kwamen.

Het begon toen ze in Avondrood naar mijn vareus vroeg want het was een beetje killig. In de tuin vond ze dan weer dat de hoechelen er druug bij stonden. Wat later speelden we ,,memory lane''. Of ze nog wist dat zij ons leerde onze crayon, onze cahier en onze maillot in onze calpain te steken. Er zat een tiret aan ons vareus en aan zee droeg het meesterke een chemieslakost.
Mouchke was haar troetelnaam voor het meesterke, ik heb hém nooit haar naam horen noemen. ,,Ja maske'' maar dat was in een onbewaakt ogenblik. Waar we woonden was altijd ,,een rue'', de balançoir was voor de kleinkinderen, en iemand die lawaai maakte ...vuil bataclan.
Het is mij een raadsel hoe zij dat genante dialect aan het meesterke kon verkopen, een meer dan gedreven flamingant uit het Leuvense die in hun prille relatie naar de IJzerbedevaart ging en haar uit Diksmuide een kaartje stuurde. Later vertelde ze mij: ,,Hij zei daarna dat ik daarmee wist wie hij was.'' Alsof dat een verhaal was dat bij haar thuis in de rue Dewand bekend was....
Maar goed, ondertussen gebruik ik ongegeneerd de ballustrade, wijs naar een basj op een stapel hout en hoor van een geletterd mens dat het een zeil is. Zei daarstraks in de winkel van de komiek dat ik vidange bij had, en  ik kon onlangs aan de telefoon niet op het keurige ,,bergplaats'' komen omdat wij hier toch ook al een halve eeuw ,,kot'' zeggen.
Of is dit nu mijn manier om van mijn ouders afscheid te nemen?
Dan heb ik nog een verhaaltje over mijn lieve nicht Denise, ook al enkele jaren met een kruisje achter haan naam.. Ik dacht er ineens aan toen ik de fans van de Rode Duivels zo enthousiast de Brabançonne hoorde ,,zingen''. Denise had in het pensionaat van Londerzeel een andere versie geleerd en die leerde zij ons .Ik ontdekte gisteren dat ik ze nog kende al heb ik ze ongetwijfeld nooit hardop durven zingen...
Gevoelige lezertjes mogen het einde gerust overslaan.
Ho vaderland onzen ezel kan ni schaiten, zeh gat es toogeplekt on moinen appelseen
De kuinink zaa moeite kik er is in boiate?
De kuinink beit en onzen eizel sch....
(ik ken de echte versie in het Nederlands én het Frans hoor, wat dacht je dat ik in Schaarbeek bij soeur Petit Chou  zoal heb geleerd?

Dat er vooral geen misverstand moge bestaan over de identiteit van ,,Denise'': mijn Brussels nichtje was de snode zangeres, en niet mijn eerwaarde tante, zoals een lichtjes geschokte junior mij eerder deze week fronsend vroeg. Tja, Denise was toen een populaire naam...


zaterdag 18 juni 2016

De veggie-boer (bis)

Heb het even moeten nakijken: ook op 16 februari 2016 schreef Malief iets wat deze week in de serieuze krant voorpagina-nieuws is. Over een kunstmecenas die eigenlijk de pest heeft aan mannen die een pootje uitsteken in het huishouden, en echtgenotes die niet alles laten vallen als de Grote ondernemer besluit om met hart en ziel te gaan ondernemen.
Wat een heisa zeg. En de reactie van ,,een vriendin'' dat de mecenas wél een ondernemende echtgenote heeft. Juist, eentje met een rechtendiploma die echt waar van haar man enkele jaren mocht werken als rechter. En daarna ,,advies'' mocht geven in kunstaankopen, advies dat hij spijtig genoeg niet altijd volgde. Heeft allemaal in de krant gestaan. Maar goed, onze veggie-boer zal wel nog een andere slogan ter harte nemen: zolang ik maar op de voorpagina van de serieuze pers sta. Zelfs slechte reclame is reclame.

maandag 6 juni 2016

Maskes moeten sterk zijn

Pakweg vijftig jaar was zij mijn moeder. Toen onze Poiche in Berlijn verdween werd ik haar moeder. De sterke vrouw die ik in haar leven maar één keer zag wenen toen het hart van het meesterke het begaf, zij had maar één lijfspreuk: maskes moeten sterk zijn...
De verdwijning van haar oudste zoon vond zij duidelijk een smerige streek. ,,Ik ben opstandig hé'' zei ze dan. De volgende tien jaar was Poiche het onderwerp van al haar vragen, speculaties, maar een onderwerp waar ze het in de familie niet over had. Behalve tegen mij, maskes moeten sterk zijn.
Of er nieuws was, wat men had gezegd, wat men had gedaan (men was dan de politie, toen ook nog de Rijkswacht) .
Tussendoor nachtelijke telefoontjes: je mama is gevallen, 's morgens naar Jette, binnenkort mag ze revalideren. Dat gebeurde een paar maal, maar telkens bij mij. Nee, naar een revalidatieoord ging ze niet, wel nor hoeis...Kleine randbewerking: het was in die tijd dat de Meester 's middags naar huis kwam om haar de nodige hapjes en drank te geven. Tot op de dag dat ik in Parijs telefoon kreeg van de Meester: Bomama is in Brussel gevallen, ze ligt  (weer) in het ziekenhuis. Het was mijn laatste defilé uit mijn carrière. Dag Dries van Noten, maar ik pakte mijn valies en ging naar huis. Daarna begon mijn carrière als moeder van mijn mama.
In 2006 gaf ze het op. Onze poiche is er ne mi zenne, ze wou niet in haar huis in Brussel blijven, wij boden haar een kamer aan, terwijl gezocht werd naar een home.
Zeer tegen haar zin ging ze vijf maanden later naar  Avondrood.( Die naam heb ik uitgevonden...)
Twee, drie keer per week kwam  ik daar: ze acclimatiseerde , raakte bevriend met  haar tafelgenoten  en kon zich uitleven in tornooien van Vier op een rij.
Toen de dochter van Poichke haar vader achterna ging, een nieuws dat ik weken voor haar verborgen hield, was haar reactie kil. ,,Ik kan daar niks aan doen zenne''. Waarna ze zich afsloot voor ,,slecht nieuws''. Zoals toen de broer van de Meester overleed.  ,,Past goed op zenne''.
En een jaar later, toen de Meester overleed  vroeg ze  na enkele weken  ,,hoe is't met hem? '' en slikte ze mijn commentaar ,,veel werk hé'' met enige opluchting.
Zoals het een moeder past weerde ik alle slecht nieuws, deed jolig , en liet mij ,,commanderen''  om één van haar boterhammen op te eten..
Een maand geleden  _ ze was toen nog maar een schaduw van haar mooie zelve_ zei ze plots in het Brussels :,,'t is al zolang geleden maar nu zou ik kunnen schrieven''. Om haar af te leiden ging ik wandelen in de tuin maar daar werd ze heel boos om, want het was wind...
En dan heeft het twee weken geduurd eer zij haar blauwe ogen (haar kinderen hebben donkere Herten-ogen)  eindelijk kon sluiten. Er liep één traan uit haar rechteroog.

Nota: de openingsfoto van mijn blog is Bomama op het strand van Knokke. Het nieuwsgierige wicht naast haar is..Malief.