dinsdag 8 september 2015
Vieze meneren...
Alweer inspiratie gevonden in mijn lijfblad! Of de vrouwelijke journaliste de opdracht had gevonden uit eigen ervaring dan wel in opdracht van de baas handelde was niet zo duidelijk. Feit is dat een redactrice onlangs in duistere Brusselse parken, verlaten ondergrondse garages en heimelijk akelige buurten ging uittesten ,,of het wel veilig was''. Ha ja, er liep een fotograaf in haar kielzog, erg dapper was het niet. In een Brussels park kon ze het klokkenspel van een potloodventer bewonderen, al vraag ik mij af of dat niet eerder voor de fotograaf was bedoeld. Dat leg ik later uit. En ze drukte op een alarmknop in een ondergrondse parking en ontdekte dat één amechtige nachtwaker al de parkings ,,bediende''.
En nu ter zake. De laatste keer dat ik niet helemaal in opdracht het ruige Brusselse nachtleven kon ''testen'' is niet eens zo lang geleden, enfin, toch nog deze eeuw! Voor de job ging ik naar de hallen van Schaarbeek waar die avond het defilé van de modeafdeling van La Cambre werd gelopen. De fotograaf, jarenlang mijn maat in goede en slechte mode-tijden, had mij verwittigd dat het een ,,vieze'' buurt was en ik mijn (gloednieuwe)auto beter ergens anders achterliet. Dus parkeerde ik voor mijn gewezen ouderlijk huis op ,,de Mutsaard'', verwittigde mijn moeder dat ze niet moest opblijven en nam een taxi. Ha ja.
Van het defilé kan ik mij nog herinneren dat het mij niet boeide en ik vroeger opstapte op zoek naar ,,vervoer''. Rond elf uur, en geen taxi te bekennen. De meneer van de nachtwinkel zei dat hij geen telefoon had (die van mij was leeg, tja) en deze dappere Malief ging dan maar stappen. Ik vond het toen een fluitje van een cent want het ging bergaf naar het Liedtsplein. Misschien kwam daar een taxi? Onderweg stopte een (lege) tram in volle vaart. Waar ik naartoe ging en of ik zot was en dat ik maar rap moest opstappen...De brave trambestuurder _ een allochtoon_ bracht mij naar het Rogierplein. Waar een taxi-chauffeur vroeg waar ik kwam uitgekropen en of ik wel wist enzovoorts. Hij bracht mij veilig tot voor het ouderlijk huis. 't Was ondertussen al Assepoestertijd maar mijn auto was niet in een pompoen veranderd.
De volgende dag vertelde ik de fotograaf over mijn avonturen. Hij stond geparkeerd tussen glasscherven maar was voorts ongedeerd. En zijn laconieke repliek: ,,Tja, ze gaan je zeggen dat er toch niets gebeurd is hé!''
Thuis heb ik het maar veel later aan de Meester verteld. Ook over de jongens met bloot klokkenspel die 's nachts in de achterbuurten van Milaan rondliepen. Ik had het eerst niet gezien, ze waren meer geïnteresseerd in de fotograaf.
Nog een reactie van een onheilsprofeet: ,,En wat als die trambestuurder? Er zat toch niemand anders op die tram?''
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten